Iemand gooit de rozen door elkaar

De titel van één van de verhalen van Gabriel Garcia Marquez luidt: ‘Iemand gooit de rozen door elkaar’ Hoewel de inhoud van het betreffende verhaal niets van doen heeft met het werk van Margriet Diertens, is de titel des te toepasselijker.

Iemand gooit de rozen door elkaar.

De verhalen van Marquez roepen een sfeer op van melancholie, verdorde bladeren, veranda’s en voorbije liefdes, zwarte sluiers en camelia’s, tango’s, papegaaien en geparfumeerde brieven. Ze gaan over het leven zelf.

Het door elkaar gooien van een boeket rozen draagt de nodige dramatiek in zich. De roos is een ‘beladen’ bloem – symbool van liefde, van hoop – en het door elkaar gooien van rozen betekent nogal wat. Maar het ‘iemand gooit de rozen door elkaar’ laat zich ook associëren met het spel, het plezier, met de kwinkslag – met de schijnbare nonchalance van: ‘ik doe maar wat’. Terwijl ook in het spel betekenis zit en uit het spel iets van betekenis kan ontstaan.

Het is juist deze combinatie van dramatiek, doorleefdheid en spel die we in het werk van Margriet herkennen. Haar tekeningen tonen bloemen. Het zijn tere, ragfijne, zware, treurige, krachtige, verscholen of aanwezige, beweeglijke of stille bloemen. Het zijn dames, dansers, minnaars, vechters, krachtpatsers. Ze geuren naar voorbije tijden of staan middenin het leven… Ze verhalen over het leven zelf.

Margriet gooide ze door elkaar: Ze knipte ze uit, plakte ze op, herschikte ze. Spelenderwijs ontdeed zij ze van hun vaststaande betekenis en verleende ze een nieuwe.

Janet Meester 2007 openingswoord bij de tentoonstelling ’tekeningen’ in Frontaal